Zo jongens, lekker gegeten. Gewoon lekker in
een restaurant, niks aan de hand. Toen de bediening kwam bleef ik doodstil zitten. Die dachten echt dat ik van pluche was. Hier nog een fotootje van ons toetje. Was niet zo bijzonder, een coconut milkshake. Maar ach, je doet mee hé? Een paar slokjes zomaar. Sophie dronk zonder problemen de rest op. Gezonde eetlust hoor, die griet. Na het afrekenen zijn we weer stiekem naar buiten geglipt. Het is best een groot park, we wandelen wat af zodoende. Soof is maar wat blij dat ik er ben. Alleen is ook maar alleen in zo'n pretpark. Eén dagje is wel genoeg hoor.
Ik zou wel weer eens een avontuur willen beleven. Maar deze dag is voor Sophie want zij moet tenslotte zo weer naar huis. Ik kijk wel wat ik doe als ze vertrokken is. Nog een beetje rondneuzen in de stad en dan op naar de haven denk ik. In een vliegtuig zou ik in het laadruim moeten. Dan ga ik liever met een zeeschip. Duurt wel wat langer maar ik heb de tijd aan mezelf.
We lopen rond in een soort sprookjesbos. Ik kan merken dat de tijd gaat dringen voor Soof. Ze wordt een beetje baldadig. Ze trekt vlakbij Sneeuwwitje een blikje limonade open. Die arme sprookjesprinses mag natuurlijk niet uit haar rol vallen. Moedig incassert ze de door Sophie veroorzaakte spetters. Ik trek haar aan haar spijkerbroek want het lijkt me beter dat we verdergaan. Even later komen we bij een riviertje waar scheepjes in varen. Kom mee Rob, ga jij maar achterop staan. Als ik erop sta springt die dondersteen er weer af en vaar ik alleen weg met allemaal wildvreemden. Ik blijf bewegingsloos staan om niet teveel aandacht te trekken. Zwemmen heb ik al helemaal geen trek in. Niemand schijnt me in de gaten te hebben. Er staan hier zoveel bewegingsloze poppen in de omgeving, dat ik me moeiteloos onzichtbaar kan maken. Het is een watertje van niks vergeleken met de zee die ik gewend ben. Ik krijg daar wel weer zin in zodoende. We varen een rondje en Sophie staat braaf op me te wachten bij het eindpunt.
"Sorry hoor Robbie, maar het was zo druk op die boot. Ik kon nergens meer zitten. Dus sprong ik er maar af toen het nog kon", excuseerde ze zich. Ik knorde een beetje als teken van goedkeuring en we liepen weer verder. "Oh Robbie kijk! Een Tuk Tuk, daar gaan we een ritje mee maken. Dat kan nog net voor ik naar mijn vliegtuig moet." Ik vind het allemaal wel best. kan de lol van zo'n raar karretje niet ontdekken. Maar vooruit, de chauffeur is erg vriendelijk en Sophie geniet er van.
Even later genieten we samen van het uitzicht over Tomorrowland. En dan is het tijd om afscheid te nemen. Ik beloof plechtig dat ik haar op zal zoeken als ik eenmaal in Rotterdam aangekomen ben.
een restaurant, niks aan de hand. Toen de bediening kwam bleef ik doodstil zitten. Die dachten echt dat ik van pluche was. Hier nog een fotootje van ons toetje. Was niet zo bijzonder, een coconut milkshake. Maar ach, je doet mee hé? Een paar slokjes zomaar. Sophie dronk zonder problemen de rest op. Gezonde eetlust hoor, die griet. Na het afrekenen zijn we weer stiekem naar buiten geglipt. Het is best een groot park, we wandelen wat af zodoende. Soof is maar wat blij dat ik er ben. Alleen is ook maar alleen in zo'n pretpark. Eén dagje is wel genoeg hoor.
Ik zou wel weer eens een avontuur willen beleven. Maar deze dag is voor Sophie want zij moet tenslotte zo weer naar huis. Ik kijk wel wat ik doe als ze vertrokken is. Nog een beetje rondneuzen in de stad en dan op naar de haven denk ik. In een vliegtuig zou ik in het laadruim moeten. Dan ga ik liever met een zeeschip. Duurt wel wat langer maar ik heb de tijd aan mezelf.
We lopen rond in een soort sprookjesbos. Ik kan merken dat de tijd gaat dringen voor Soof. Ze wordt een beetje baldadig. Ze trekt vlakbij Sneeuwwitje een blikje limonade open. Die arme sprookjesprinses mag natuurlijk niet uit haar rol vallen. Moedig incassert ze de door Sophie veroorzaakte spetters. Ik trek haar aan haar spijkerbroek want het lijkt me beter dat we verdergaan. Even later komen we bij een riviertje waar scheepjes in varen. Kom mee Rob, ga jij maar achterop staan. Als ik erop sta springt die dondersteen er weer af en vaar ik alleen weg met allemaal wildvreemden. Ik blijf bewegingsloos staan om niet teveel aandacht te trekken. Zwemmen heb ik al helemaal geen trek in. Niemand schijnt me in de gaten te hebben. Er staan hier zoveel bewegingsloze poppen in de omgeving, dat ik me moeiteloos onzichtbaar kan maken. Het is een watertje van niks vergeleken met de zee die ik gewend ben. Ik krijg daar wel weer zin in zodoende. We varen een rondje en Sophie staat braaf op me te wachten bij het eindpunt.
"Sorry hoor Robbie, maar het was zo druk op die boot. Ik kon nergens meer zitten. Dus sprong ik er maar af toen het nog kon", excuseerde ze zich. Ik knorde een beetje als teken van goedkeuring en we liepen weer verder. "Oh Robbie kijk! Een Tuk Tuk, daar gaan we een ritje mee maken. Dat kan nog net voor ik naar mijn vliegtuig moet." Ik vind het allemaal wel best. kan de lol van zo'n raar karretje niet ontdekken. Maar vooruit, de chauffeur is erg vriendelijk en Sophie geniet er van.
Even later genieten we samen van het uitzicht over Tomorrowland. En dan is het tijd om afscheid te nemen. Ik beloof plechtig dat ik haar op zal zoeken als ik eenmaal in Rotterdam aangekomen ben.